NG image
NG image
NG image

< Meer nieuws

Ondernemingsrecht

Onrechtmatige bedingen in B2B-contracten

Op 1 december 2020 trad de nieuwe regelgeving in werking aangaande onrechtmatige en verboden clausules in overeenkomsten gesloten tussen ondernemingen. Samen met de recente wetswijzigingen rond marktpraktijken en misbruik van machtspositie hoopt de wetgever zodoende meer juridische bescherming te bieden aan (kleinere) ondernemingen, die ingevolge een onevenwicht bij contractsluiting in een benadeelde positie kunnen terechtkomen.

Volgende op de wet van 4 april 2019 bereidde de wetgever het juridische arsenaal van ondernemingen gevoelig uit met het invoegen van een nieuw regime van onrechtmatige bedingen in overeenkomsten tussen ondernemingen onderling, zogenaamde “B2B” overeenkomsten. Het nieuwe regime is in grote mate vergelijkbaar aan zijn tegenhanger in “B2C” overeenkomsten, tussen ondernemingen en consumenten, maar kent toch verschillende nuances.

De nieuwe wetgeving is van toepassing op alle nieuwe overeenkomsten gesloten tussen ondernemingen vanaf 1 december 2020.

Maar wanneer is een beding dan onrechtmatig? De wetgever voorziet in een brede en algemene toetsingsgrond, alsook in een opsomming van concrete situaties waarin een beding als onrechtmatig kan of zal gezien worden. Dergelijke onrechtmatige bedingen zijn verboden, en zullen de nietigheid van het beding tot gevolg hebben. Indien het onrechtmatige beding zelfs dermate essentieel was aan de overeenkomst, kan dit de nietigheid van het volledige contract tot gevolg hebben.

Algemeen principe
Het onrechtmatige karakter van een clausule is afhankelijk van de criteria opgenomen in artikel VI.91/3 van het Wetboek Economisch Recht.

Zo dient een clausule, en bij uitbreiding de overeenkomst in zijn geheel, voldoende duidelijk en begrijpelijk opgesteld te worden1. Daarboven mag een contractueel beding geen “kennelijk onevenwicht” scheppen tussen de rechten en plichten van de partijen2.

De concrete toepassing van deze criteria zal in grote mate afhangen van de omstandigheden en de sector waarbinnen de overeenkomst gesloten werd, waarbij onder andere zal gekeken worden naar de aard van de onderliggende prestaties en de aard van de partijen. De beoordeling van een beding gebeurt soeverein door de rechtbank.

Zwarte en grijze lijst
Naast deze algemene principes voorziet het wetboek in een zogenaamde “zwarte lijst” van verboden bedingen3. Elk beding dat beantwoordt aan een van de beschrijvingen opgenomen in deze lijst, zal van rechtswege verboden zijn.

Op heden bevat deze lijst -ondanks haar beperkte omvang- enkele belangrijke en in de praktijk niet zelden voorkomende bedingen.

Daarnaast voorziet het wetboek ook een zogenaamde “grijze lijst” met bedingen die in principe onrechtmatig zijn, tenzij men het tegendeel kan bewijzen4.

In tegenstelling tot de zwarte lijst, zullen de bedingen hierop opgenomen niet automatisch als onrechtmatig gezien worden, maar bestaat er desalniettemin een weerlegbaar vermoeden van onrechtmatigheid.

Dit vermoeden zal kunnen weerlegd worden indien men kan aantonen dat het beding, vanwege de specifieke omstandigheden waarin het contract gesloten werd, de algemene principes van duidelijkheid, begrijpelijkheid en het evenwicht tussen de partijen niet in het gedrang brengt.

Deze lijst bevat ook enkele beperkingen op vaak voorkomende clausules, met name inzake opzegtermijnen, overmacht en schadevergoedingen.

De wetgever heeft de optie opengelaten om zowel de zwarte als grijze lijst verder aan te vullen met clausules als zij in de praktijk merkt dat deze vaak de aanleiding zijn tot misbruik. Zodoende zal de wetgeving de vinger op de pols houden en haar actuele karakter behouden.

Conclusie
Ten gevolge van deze recente wetswijzigingen is het aangewezen om nieuwe contracten te toetsen aan de nieuwe regels om zeker te kunnen zijn dat men zich kan beroepen op de gesloten overeenkomsten bij eventuele geschillen.

Anderzijds zal de nieuwe wetgeving nieuwe mogelijkheden en bescherming kunnen bieden tegen misbruik door contractpartijen.

Het nieuwe regime inzake onrechtmatige bedingen zal in ieder geval een aanzienlijke invloed hebben op de redactie van overeenkomsten tussen ondernemingen.


1Artikel VI/91/2 WER
2Artikel VI.91/4, 1e lid WER
3Artikel VI.91/4 WER
4Artikel VI.91/5 WER